een groene gezondheidsinstelling:

• heeft een visie op maatschappelijk verantwoorde gezondheidszorg en past deze integrale benadering van gezondheid en zorg zoveel mogelijk toe;

• heeft een breed samengestelde kwaliteitscommissie die op een samenhangende en systematische manier werkt aan kwaliteitsverbetering van de bedrijfsvoering, dienstverlening, arbeidsomstandigheden en milieuprestatie. De directie vertaalt dit in beleid voor de korte, middellange en lange termijn;

• leert voortdurend en communiceert hierover met personeel, patiënten en familie, buurtcomités, betrokken overheden, bedrijfsleven en collega-instellingen;

• actualiseert haar beleid voortdurend en loopt daarmee eventueel op wetgeving vooruit en overtreft deze in realiteitsgehalte en duidelijkheid;

• baseert het inkoopbeleid op een volledige levenscyclusanalyse van producten. De instelling stimuleert leveranciers, overheden, universiteiten e.d. deze informatie beschikbaar te stellen. Men vraagt leveranciers standaard de volledige productsamenstelling beschikbaar te stellen;

• streeft naar een zuinig gebruik en 100% hergebruik van grondstoffen d.m.v. aankoop van recycleerbare producten en scheiding aan de bron. Men stimuleert leveranciers restanten voor dit doel terug te nemen. Buurtcomités, overheden en bedrijfsleven worden aangespoord tot recyclage;

• streeft naar maximaal haalbare energie- en waterbesparing en naar netto energieproductie;

• koopt, waar mogelijk, onafhankelijk gecontroleerde voedingsmiddelen die niet met chemische bestrijdingsmiddelen, hormoon- en andere preparaten, en kunstmest zijn geproduceerd, noch door chronisch dierenleed zijn verkregen;

• desinfecteert zo dicht mogelijk bij de bron. Men verbrandt geen afval, noch laat dit door derden uitvoeren - ook niet wanneer tijdens verbranding energie wordt teruggewonnen;

• vervangt, daar waar mogelijk en zo spoedig mogelijk, milieu- en gezondheidsbelastende stoffen door onschadelijke verbindingen. De nadruk ligt hierbij op persistente, in milieu en organisme accumulerende hormoonachtige verbindingen. Speciale aandacht gaat uit naar risicogroepen, zoals zwangere vrouwen en baby’s. Men past het voorzorgsprincipe toe in geval van twijfel over schadelijkheid van chemische verbindingen;

• stimuleert (via leveranciers en overheden) de producenten product- en stofonderzoek te verrichten naar mogelijke schadelijke neveneffecten bij chronische belasting.


Programma Groene Gezondheidszorg
Huize Aarde