8. groene farmacie - voorschrijven
 
Tijdens het maatschappelijk verantwoord voorschrijven voor mens en dier wordt het gebruik van medicijnen als een laatste hulpmiddel beschouwd. De meest voor de hand liggende oorzaken, zoals dieet, lichaamsbeweging, leefstijl, arbeids- en woonomstandigheden, worden zo mogelijk eerst aangepakt. De zorgverlener biedt de zorgvrager meerdere handelingsopties. Ook non-interventie (enkel luisteren in plaats van interveniëren), niet-medicinale en niet-medische oplossingen, zoals het voorschrijven van leefstijlverbetering, behoren tot de mogelijkheden.
 
Voorop staat dat de zorgvrager in eerste instantie zelfstandig bij zich zelf naar oplossingen zoekt, in de plaats van zich blindelings te verlaten op oplossingen buiten zichzelf, bijvoorbeeld in de vorm van medicatie en andere medische zorg. Indien medicatie noodzakelijk is wordt overwogen of een minder milieubezwaarlijk middel met dezelfde therapeutische werking gebruikt kan worden 1). Medicatie dient nimmer gebruikt te worden als een middel voor kostenbestrijding 2).

Wat kunnen betrokkenen nu al doen?
  1. Artsen, w.o. psychiaters en verplegend personeel stellen zich meer op als gezondheidscoaches dan voorschrijvers en verstrekkers van pillen. In Zweden en Duitsland is het feitelijk voorschrijven van leefstijlverbeteringen naar tevredenheid in de praktijk gebracht 3).
  2. Een gezonde leefstijl kan door ziektekostenverzekeraars niet alleen gepromoot, maar ook in lagere premies vertaald worden 3)
  3. Onderzoekers: hoog kwalitatief onderzoek verrichten naar de effectiviteit van het voorschrijven van leefstijlverbetering, met name bij moeilijk toegankelijke en sedentaire doelgroepen 4).
  4. Onderzoekers: onderzoeken of het organiseren van kortstondige (zelf)luistergroepen zinvol is, waar zorgvragers, zonder afhankelijk te worden van elkaar of van zorgverleners, naar hun eigen verhalen leren luisteren, en zo ontdekken hoe men zelf een ongezonde situatie creëert en in stand houdt.
  5. Huisartsen, verpleegkundigen/verzorgers: meer empathisch communiceren en (bij zorgen om alledaagse klachten) positieve verwachtingen creëren 5).
  6. Artsen(genootschap), w.o psychiaters: het weer verhogen van medicatiegrenzen (interventieniveaus).
  7. Artsen(genootschap), w.o. psychiaters: medicinale behandeling beperken tot hoog risicogroepen.
  8. (Dieren)artsen, w.o. psychiaters: zoveel mogelijk vermijden van preventief en chronisch gebruik van medicijnen bij mens (bijv. polypil voor 50+ers) en dier (90% v.h. veterinair antibioticagebruik). 
  9. Bij polyfarmacie voeren huisarts/geriater en apotheker gezamenlijk op regelmatige basis medicijnbeoordeling uit. Hierin staat, in de plaats van preventie, kwaliteit van leven van de oudere voorop. Zo nodig wordt ook de mening van de familie bij de besluitvorming betrokken. Digitalisering van geneesmiddelengebruik en betere afstemming tussen specialist en huisarts maken effectieve medicijnbeoordeling mogelijk 6).
  10. Oncologen: niet alleen om reden van arbozorg, maar ook om zorg voor milieu c.q. volksgezondheid, worden de zeer giftige cytostatica voor palliatieve chemotherapie vervangen door minder schadelijke methoden en middelen 7).
  11. Huisartsen en voorlichters bij GGD e.a.: synthetische pilhormonen vervangen door natuurlijke hormonen, en hormoonvrije anticonceptie bevorderen. 
  12. Onderzoekers: een belangrijke steun voor zorgverlener en zorgvrager is te onderzoeken welke medicijnen het meest en minst milieubezwaarlijk zijn; en vooral of er al goed afbreekbare medicijnen bestaan. 
  13. Onderzoekers, (dieren)artsen, zorgvragers, veetelers: overwegen of moderne fytotherapie bij mens en dier 8) preventief en therapeutisch toegepast kan worden.
  14. Artsen: off-label voorschrijven terugdringen.
  15. Artsen, w.o. psychiaters, zorgverzekeraars: medicatie nimmer gebruiken als middel voor bezuiniging in de zorg.
  16. Dierenartsen, veetelers: in de veeteelt uitsluitend niet-medicinale groeibevorderaars (pre/probiotica, enzymen e.a.) toepassen.

> naar 9. medicijngebruik


1) Vervanging betekent geen verbetering wanneer niet alle mogelijke milieu- en gezondheidseffecten in beeld zijn. Het betekent ook geen vermindering van het gebruik. Om deze reden zijn ook andere brongerichte maatregelen nodig om de emissie van medicijnen beperken. Zie verder onder 1. ontwikkeling/milieubewuste medicijnkeuze.
2) Bezuiniging in de zorg zou verantwoordelijk zijn voor een jaarlijkse toename in het medicijngebruik van 3%, Stichting Farmaceutische kengetallen, Data en Feiten 2008 (de door SFK gebruikte bron ontbreekt echter, en was, na verzoek door SHA hiertoe, door SFK niet te achterhalen).
3) Keil F (ed) 2008, Pharmaceuticals for human use: options for actions for reducing the contamination of water bodies. A practical guide. Institute for Social-Ecological Research (ISOE) Gmbh, www.start-project.de
4) Sorensen JS et al 2006, Exercise on prescription in general practice: A systematic review, Scandinavian Journal of Primary Health Care 24: 69-74.
5) Fasaert et al 2008, Raising positive interactions help patient with minor ailments, BMC Family Practice, vol. 9:38; Verheul W et al 2010, The effects of physicians’ affect-oriented communication style and raising expectations on analogue patients’ anxiety, affect and expectancies, Patient Educ and Counseling, 80(3):300-306.
6) Lemmens LC, Weda M 2015, Polyfarmacie bij kwetsbare ouderen: Risico’s rondom overgangen tussen eerste en tweedelijnszorg, RIVM rapport 2015-088.
7) Niet nader genoemd promotieonderzoek uit 2004, in SZW 2004 Gids ketenzorg gevaarlijke stoffen in ziekenhuizen, juli 2004.
8) Zie bijv. Smolders, G, Van der Werf J en Kijlstra A, Ook zonder antibiotica, V-focus, febr 2005, p 26-27.